Baby’s vangen

21 september 2015 - Paramaribo, Suriname

Twee weken geleden begonnen mijn verloskamer weken. De twee weken waar ik hoge verwachtingen van had, hoewel ik al wel weer gewaarschuwd was over de zusters en slechte verhalen had gehoord. Maar ik was naar Suriname gekomen om baby’s te vangen, dus deze twee weken waren belangrijk! Het begon al slecht; maandag kon ik nog niet echt op m’n voet staan, dus begon ik pas dinsdag. De overdracht begint al om 6:50. Althans voor mij. Ik dien daar stipt om 6:50 te zijn, de rest druppelt langzaam binnen en als eenmaal de hoofdzuster om 7:10 binnen sloft, kunnen we beginnen. Dan start het gemompel over borstvoeding, plassende en poepende baby's en vrouwen die te veel krijsten tijdens de bevalling. Ik versta de helft en het is slaapverwekkend, niet alleen voor mij. Enkele zusters laten hun hoofd op hun armen steunen en sluiten hun ogen. Ik ben stik jaloers maar waag het niet om het zelf te proberen...
Opeens is de overdracht afgelopen. Ik loop naar de poli om mee te lopen op het prenatale spreekuur om aan buiken de voelen en te leren hoe je voelt hoe een kindje ligt. Maar eerst moet ik nog even wachten tot de verloskundige er is. Ik ga zitten op een stoel en wordt binnen een half uur 3x weggestuurd. Ik schrik op uit mijn gepeins als een zuster opeens aan mij vraagt of ik hier stage ga lopen, ze stelt zich voor met naam én functie en heet me welkom. Vervolgens zegt ze op een hele lieve manier (of eigenlijk gewoon conform Nederlands gewoonte) dat ik ook op die stoel daar kan gaan zitten zodat zij daar patiënten kan ontvangen. Het is een Filipijnse, die zijn altijd lief, toch ben ik ontroerd door haar warmte. Als de poli eindelijk begint zie ik aan de lopende band zwangeren en als de dag eindelijk afgelopen is om 5 uur kan ik eindelijk voelen hoe een kindje in de buik ligt. Ik ben klaar voor die bevallingen!

De dag op de verloskamers begint met vrouwen inleiden: ballonnen inbrengen om de baarmoedermond op te rekken, stimulerende medicatie geven of handmatig de vliezen breken. Ik toucheer en doe eendenbekonderzoek aan de lopende band en leer ontzettend veel. Ik assisteer bij het hechten van ontelbaar veel uitgescheurde of ingeknipte vagina’s, kijk verbaasd op als een vrouw om wat alcohol vraagt, maar deel aan het eind van de week stoïcijns doekjes met alcohol uit alsof het de normaalste zaken van de wereld is om daaraan te snuiven. Tussendoor hobbel ik nog van de ene VK naar de andere om me voor te stellen aan puffende vrouwen en te vragen hoe ver ze zijn. Er is geen moment om m’n enkel rust te gunnen want ondanks dat iedereen duidelijk kan zien dat ik niet zo soepel loop wordt ik geacht naar het lab te lopen, lijsten te zoeken, eendenbekken schoon te maken, groene emmers pakken, vruchtwater opdweilen… Rond 11 uur komt er een vrouw met een enorme buik binnen. Ze komt vanuit het binnenland en heeft geen prenatale controles gehad. Slechts op één echo was te zien dat alles ‘in orde was’ en nu had ze duidelijk weeën. Het kindje is alleen niet goed ingedaald en om een stuitligging uit te sluiten wordt een echo gemaakt. Daarop wordt een stuitligging inderdaad bevestigd; of nee, wacht; huh! Nog een hoofdje… Wacht, een tweeling! De vrouw wordt met spoed naar de OK gereden voor een keizersnede en binnen 30 minuten is ze moeder geworden van niet één, maar twee jongetjes. Als ik terug loop naar de verloskamer is het 12:00, ik vraag of er nog wat gaande is zodat ik niet weer alle 5 de kamers af moet gaan. Er is niks gaande, maar ik mag nog wel even een brief schrijven… Ik doe net of ik dat laatste niet hoorde en loop weg, genoeg kutklusjes gedaan. Als ik om 12:30 weer even kom kijken en vraag hoe het ervoor staat zeggen ze verontwaardigd dat ik álles mis als ik stééds maar weer wegloop. Om 12:04 is er een meisje geboren. M’n bek valt open en voor het eerst ga ik ervoor zitten om mijn ongenoegen over hun gedrag te uiten. Hoe kon dit gebeuren? Ik krijg uiteraard geen antwoord; ik had gewoon niet moeten weglopen; bevallingen gaan hier nu eenmaal snel…

Ik besluit vanaf dat moment maar gewoon bij de vrouwen te gaan staan en mee te puffen. De arts-assistent vindt dat ook een goed idee en belooft me als ik ‘goed meepuf’, ik de uitdrijving mag gaan leiden. De vrouw heeft 5 cm ontsluiting, dus nog 5 cm te gaan. Ik pak haar hand vast en herhaal bij elke wee ‘door de neus in, door de mond uit; rustig!’. De vrouw heeft een geur uit haar mond komen alsof daar een vogel in gestorven is, maar niets kan mij deren; ik ga die baby vangen! Na een uur kan de vrouw alleen nog maar schreeuwen. Ze schakelt de hulp van God in; met haar handen naar de hemel gericht schreeuwt ze “mi gado, help me!” Na de zoveelste wee kijkt ze mij weer angstig vragend aan; ‘Waarom helpt God me niet?’. Ik besluit mijn mond maar te houden. Ik geloof niet dat ze echt op de mening van een atheïstische bakra zit te wachten… Gewoon door blijven puffen. Na 3 uur wordt de vrouw weer getoucheerd. Er is geen centimeter bij gekomen. Ze wordt klaargemaakt voor OK en ik zie mijn kans op een bevalling in een bed en een operatiehemd wegrijden…

Uiteraard heb ik wel enkele bevallingen gezien die eerste week en dan is het even op adem komen voor mij, dan botvieren de verloskundige hun frustraties op de patiënte af: "Persen, persen! Niet in je gezicht, onderin! Jij moet poepa doen! Jij doet het niet goed! Doe niet zo slap!" Ik zie die vrouwen alleen maar hun best doen en als de verloskundige even weg zijn barsten de vrouwen in paniek uit waarom ze het niet kunnen... Ze kunnen het best, alleen moet we hier een kind binnen 10 minuten uit zijn en het liefst al bij de eerste keer persen.. Ik Nederland duurt een uitdrijving toch makkelijk een uur en staat iedereen te schreeuwen dat de vrouw het zó goed doet maar dat ze nog even ietsjes harder moet persen. Hier staan ze na 10 minuten met de schaar is hun handen te dreigen met een knip. Vaker dan nodig verdwijnt die schaar dan ook in de vagina omdat het dan even sneller gaat. Vervolgens kan de arts-assistent weer aan de slag om de boel netjes te maken…Maar wel pas de volgende ochtend, nu geen tijd! Waar ze hier ook fan van zijn is met hun volle gewicht op de buik te drukken. Ik weet niet wat ik zie als opeens de verloskundige met een hand in de vagina op het bed staat om bij een wee vol op die buik te gaan hangen!

In mijn tweede week word ik verrast door de komst van 4 leerling-verpleegkundigen. Opeens sta ik een stapje hoger in de hiërarchie. Zij mogen de kutklusjes doen en ze puffen mee met de vrouwen. Ik hou alles vanaf de gang in de gaten en mis geen bevalling meer. Het is hoogseizoen, de bevallingen komen aan de lopende band. Nog steeds heb ik enkel de observerende rol en sta ik er vaak maar een beetje bij, maar na 6 dagen zo veel geïncasseerd te hebben; ‘ja zuster, goed broeder, sorry zuster, neem me niet kwalijk zuster, doe ik broeder’, trek ik de stoute schoenen aan. Ik heb een doel deze twee weken en dat is een uitdrijving doen, inclusief voelen hoe volledige ontsluiting voelt. Ze vonden het maar raar dat ik het vroeg en ik geloof ook niet dat ze erg blij waren met mijn verzoek maar op donderdag toucheer ik een vrouw en voel volledige ontsluiting. Ik voel het hoofdje met krulletjes en de zuster zegt tegen mij ‘ga je gang’. De vrouw perst één keer en ik sta met een meisje in mijn hand, ik klem de navel streng af en overhandig de pasgeborenen aan moeder. Mijn hulp bij de uitdrijving was minimaal, het mini-meisje floepte er vanzelf uit, maar hé, ik heb een baby gevangen! En nog beter, vrijdag mijn tweede; de verloskamer weken waren geslaagd!

Naast mijn vertier op de verloskamers was er natuurlijk ook nog een tripje in het weekend; twee dagen kajakken op de Kroesewijnen rivier. Ik stapten met 5 vrouwen in een jeep en we scheurden over rode stofwegen naar een stuk verlaten Suriname. Bij elke hobbel schoten wij een meter in de lucht en hoe harder wij gilden, des te sneller gingen we rijden. Ik vond het dan ook niet verwonderlijk dat we halverwege een kajak waren verloren die op de aanhanger lag. Ik vond het dan wel weer verbazingwekkend dat we dat niet hadden doorgehad totdat de jeep die achter ons reed ons belde… We keerden om en vonden de kajak en vervolgende ons reis. Na 2 uur veranderde het landschap drastisch. Tot nu toe gaf Suriname me enkel een hoop groene jungle maar nu kwamen we terecht op een savanne. Ik waande me in Afrika met deze uitgestrekte vlakte met dor gras en enkele bomen. Ik kon er niks aan doen dat ik weer even terug droomde naar het Kruger park en ik op zoek ging naar die leeuw. Toen we stopten en de gids een spoor van een luipaard aanwees had ik het echt even niet meer; waar zijn we?! Gelukkig was daar de jungle weer; hoge bomen, lianen, luchtwortels, palmen, klimplanten en we scheurden verder. Af en toe stoppen om opgevallen bomen weg te hakken en slepen en toen was daar het water.

Na 3 uur kajakken slaan we ons kamp op op een stukje niemandsland midden tussen de mangrove, terwijl ik help met koken, worden ons hangmatten opgehangen. Na het eten stappen we in het donker in de kajak om slangen en kaaimannen te vangen. Ons geboren en getogen Rotterdamse gids besloot enkele jaren geleden terug te keren naar zijn roots en nu is hij volleerd kaaimanvanger. Hij spot ze overal, duikt het water in en vangt ze met z’n blote handen. Een kaaiman van 2,5 meter lang laat hij toch maar liggen. Als we allemaal weer met de babykaaiman op de foto zijn geweest, hij met een kaaiman van 1,5 meter heeft geworsteld en een boze slang heeft gevangen is het tijd om terug te keren naar ons kamp. Wij uiten ons oprechte bewondering hoe hij in deze pikzwarte duisternis een kamp terug kan vinden tussen de duizenden bomen. Een terechte vraag; na een half uur varen zegt hij beschaamd het kamp kwijt te zijn… we keren om en turen door de mangrove aan de rechterkant naar iets wat op ons kamp lijkt. Uiteindelijk vinden we het kamp aan de linkerkant. Gelukkig, geen nacht in de kajak, lekker in de hangmat! Tijdens het kamp opbouwen vindt de gids niet genoeg sterke bomen om alle hangmatten op te hangen onder het zeil en zo beland ik met Krista met twee hangmatten aan twee bomen. Het resultaat is een ongemakkelijke lepeltje-lepeltje constructie waarbij ik net onder haar hang en bij elke beweging ons konten langs elkaar schuren. Neem daar nog bij dat we een klamboe hebben waarmee we een strijd voeren en je snapt wat voor een nacht het was. Als ik ‘s ochtends wakker wordt en ik 8 muggen in m'n klamboe zie denk ik die strijd voor niks gevoerd te hebben... Tot ik een brommend geluid hoor en een zwarte naald van 2 cm door m'n klamboe zie steken; bedankt klamboe voor het tegenhouden van die pijnlijke steekvlieg!

Na een verfrissende plons en een vlug ontbijtje stappen we weer in de kajak om door de prachtige jungle met apen en vogels ons weg te vervolgen. We moeten uitstappen om ons kajak over omgevallen bomen te slepen, manoeuvreren ons door takken en struiken en eindigen met een plons in het water. We stappen in de jeep en keren terug naar Paramaribo. Het was weer een top weekend!

Afgelopen weekend heb ik niks gedaan; vrijdag hadden we een enorm feest in ons achtertuin met zwembad en schuimmachine. Het was gelijk de laatste dag van de laatste twee mensen die hier langer  zaten dan ik. Opeens ben ik de ‘oudste’ en moet ik terugdenken aan een groep fantastische mensen. Dit weekend kwamen er weer een hoop nieuwe en de groep is enorm veranderd. Het is even wennen maar het zwembad en de hangmat blijven; even lekker vakantie vieren!

Liefs,

Nicole

 

Ps.: gewoon Nicole, ook voor arts in spe zal dat zo blijven. Ik heb na lang wikken en wegen besloten het advies van bijna kinderarts en nicht Elske en haar collega’s op te volgen. Vol trots zal ik over een week op http://artsinspe.artsennet.nl/actueel/blogs.htm te volgen zijn. Voor jullie niet al te interessant, ik zal beginnen met bloggen over Oogheelkunde in Zuid Afrika.

5 Reacties

  1. Elske:
    22 september 2015
    Trots op mijn nichtje!! :)
  2. Maaike:
    23 september 2015
    Wat een verschil meteen zo'n Filipijnse zuster! Heftig wel dat je nu al zo niet meer aan die vriendelijkheid gewend bent haha, maar op deze manier vallen de komende co-schappen in NL misschien alleen maar mee :) En je wordt er heel assertief van want je hebt toch maar mooi op eigen initiatief twee kindjes ter wereld geholpen! En nu nog maar 5 (?) ziekenhuisdagen! Maar gelukkig daarna nog 2 weken het echte Suriname en belangrijker nog, dat betekent dat je over 3,5 week weer terug bent :)
  3. Richard:
    23 september 2015
    wat is dat voor een verhaal over de savanne en jaguar sporen?
  4. Richard:
    24 september 2015
    Al gezellig zitten beppen via whattsapp dus kan ik alleen maar in herhalingen vallen en dat doe ik dus maar. Jaloersmakend!
  5. Hacer:
    25 september 2015
    YEah! Weer zo lekker gelezen:)))